AMSTERDAM – Het onderzoek naar de prijsverhogingen van bier, die brouwerijen dit jaar rond de carnavalsperiode invoerden, wordt gestopt.
De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) onderzocht of er kartelafspraken waren gemaakt, maar laat vrijdag weten onvoldoende aanleiding te hebben gevonden voor vervolgonderzoek. Wel blijft de kartelwaakhond de biersector nauwlettend in de gaten houden.
Mout en hop
De meeste bierbrouwerijen voerden aan dat de prijzen van mout en hop waren gestegen. De NMa concludeert dat dit klopt en heeft geen afstemming tussen de bierbrouwerijen over de prijsverhogingen kunnen vaststellen.
De verhogingen, met gemiddeld vijf procent, werden niet allemaal tegelijk aangekondigd en ingevoerd en ook de percentages verschilden. De NMa ondervroeg ook diverse personen die zich in de media over het vermeende kartel hadden uitgelaten.
De Europese Commissie legde Heineken, Grolsch en Bavaria vorig jaar april bijna 274 miljoen euro aan boetes op wegens kartelvorming. Heineken moest bijna 220 miljoen euro betalen.
Beroep
De bierconcerns zouden tussen 1996 en 1999 tijdens vele bijeenkomsten de prijzen en prijsverhogingen op de Nederlandse biermarkt hebben gecoördineerd. De drie bedrijven hebben beroep aangetekend tegen de boetes.
Door het kartel hebben horecaondernemers jarenlang een te hoge bierprijs betaald, stelde brancheorganisatie Horeca Nederland. Zij benaderde de brouwers voor overleg over de inkoopprijzen en een schadevergoeding.
