Stadsbrouwerij De Kromme Jat uit Groningen, Ketelbink uit Rotterdam of Brouwerij De Snaterende Arend in Amsterdam: het is zomaar een greep uit een van de velen microbrouwerijen die Nederland rijk is. In 11 jaar tijd is het aantal speciaalbier-brouwers verdrievoudigd. Telde het Nederlandse brouwersgilde in 2003 nog maar 64 brouwerijen, dit jaar zijn dat er al 220.
Geen Amsterdammertjes meer
De woordvoerder van Pint, een vereniging voor bierliefhebbers, bevestigt dat beeld. ‘Speciaalbieren beginnen in zekere zin hipper te worden’, stelde de zegsman. ‘Er wordt niet meer gedronken uit de amsterdammertjes of de fluitjes. Het zijn speciale, bijna wijnachtige glazen.’
Veel brouwerij-eigenaren zijn hobbyisten en verspreiden hun producten alleen in de regio, misschien wel dé kracht achter het succes. ‘Veel hobbybrouwers zijn thuis begonnen. Als het bier in de smaak valt, wordt er vaak verder gekeken en starten zij een kleine brouwerij’, zei Keinemans. ‘Ze beginnen dan vaak met een of twee mensen. Als het dan positief uitpakt, zoals bij de Jopen brouwerij uit Haarlem of brouwerij ’t IJ uit Amsterdam, dan kan het personeelsbestand snel groeien.’
Speciaalbier extra speciaal
‘Dat het meestal streekgebonden is, maakt het extra leuk’, voegt de woordvoerder van Pint eraan toe. ‘Dan kun je de bieren alleen maar krijgen bij de lokale slijterij en in twee of drie kroegen. Dat maakt het speciaalbier extra speciaal.’
Ook de vele soorten maken het volgens de zegsman bijzonder. ‘Zoete, fruitige, stevige of rokerige bieren, er is ontzettend veel variatie. Iedereen zijn smaak zit er wel tussen.’ Ondanks de vele soorten bieren, is doorzakken met een bokaal speciaalbier er niet bij. ,Je drinkt vaak een glas of twee. Het is een vorm van beleving’, besluit de woordvoerder van Pint. ‘Er wordt niet meer gedronken om te drinken.’
Bron: AD